3.6. Configuratie van apparatuur en besturingssysteem voor de installatie

In deze sectie wordt ingegaan op eventuele hardwareconfiguratie die u moet uitvoeren voordat u Debian installeert. In het algemeen betreft dit controle en mogelijk aanpassing van 'firmware'-instellingen voor uw systeem. De firmware is de basisprogrammatuur die door de apparatuur wordt gebruikt; het meest kritieke moment waarop deze wordt gebruikt is tijdens het opstarten van uw systeem. Ook wordt ingegaan op bekende problemen met apparatuur die de betrouwbaarheid van Debian GNU/Linux op uw systeem kunnen beïnvloeden.

3.6.1. Invoking OpenBoot

OpenBoot provides the basic functions needed to boot the SPARC architecture. This is rather similar in function to the BIOS in the x86 architecture, although much nicer. The Sun boot PROMs have a built-in forth interpreter which lets you do quite a number of things with your machine, such as diagnostics, simple scripts, etc.

To get to the boot prompt you need to hold down the Stop key (on older type 4 keyboards, use the L1 key, if you have a PC keyboard adapter, use the Break key) and press the A key. The boot PROM will give you a prompt, either ok or >. It is preferred to have the ok prompt. So if you get the old style prompt, hit the n key to get the new style prompt.

3.6.2. Boot Device Selection

You can use OpenBoot to boot from specific devices, and also to change your default boot device. However, you need to know some details about how OpenBoot names devices; it's much different from Linux device naming, described in Paragraaf A.4, “Device Names in Linux”. Also, the command will vary a bit, depending on what version of OpenBoot you have. More information about OpenBoot can be found in the Sun OpenBoot Reference.

Typically, with newer revisions, you can use OpenBoot device such as ``floppy'', ``cdrom'', ``net'', ``disk'', or ``disk2''. These have the obvious meanings; the ``net'' device is for booting from the network. Additionally, the device name can specify a particular partition of a disk, such as ``disk2:a'' to boot disk2, first partition. Full OpenBoot device names have the form

driver-name@
unit-address:
device-arguments

. In older revisions of OpenBoot, device naming is a bit different: the floppy device is called ``/fd'', and SCSI disk devices are of the form ``sd(controller, disk-target-id, disk-lun)''. The command show-devs in newer OpenBoot revisions is useful for viewing the currently configured devices. For full information, whatever your revision, see the Sun OpenBoot Reference.

To boot from a specific device, use the command boot device. You can set this behavior as the default using the setenv command. However, the name of the variable to set changed between OpenBoot revisions. In OpenBoot 1.x, use the command setenv boot-from device. In later revisions of OpenBoot, use the command setenv boot-device device. Note, this is also configurable using the eeprom command on Solaris, or modifying the appropriate files in /proc/openprom/options/, for example under Linux:


echo disk1:1 >/proc/openprom/options/boot-device

and under Solaris:


eeprom boot-device=disk1:1

3.6.3. Aandachtspunten ten aanzien van apparatuur

Velen hebben geprobeerd om bijvoorbeeld hun 90 MHz CPU op 100 MHz te laten werken. Soms werkt dit, maar het is gevoelig voor temperatuur en andere factoren en kan uw systeem beschadigen. Eén van de auteurs van dit document heeft zijn systeem een jaar lang op verhoogde snelheid laten draaien waarna het systeem tijdens de compilatie van het besturingssysteem plotseling begon het gcc-programma af te breken met een onverwachte fout. Het probleem kon worden opgelost door de CPU weer op zijn normale snelheid te laten werken.

De gcc-compiler vertoont vaak als eerste problemen door slechte geheugenmodules (of andere hardwareproblemen die onvoorspelbare veranderingen van gegevens veroorzaken) omdat het enorme gegevensstructuren opbouwt die herhaaldelijk worden doorlopen. Een fout in deze gegevensstructuren resulteert in een ongeldige instructie of het lezen van een onbestaand geheugenadres. Het symptoom hiervan is dat gcc afbreekt met een onverwachte fout.

3.6.3.1. Meer dan 64 MB RAM

De Linux kernel kan niet in alle gevallen bepalen over hoeveel RAM u beschikt. Raadpleeg in dat geval Paragraaf 5.2, “Boot Parameters”.